'Het is eigenlijk een heel luguber onderwerp', vindt ook deskundige A. Gerrits van Het Spelderholt
in Beekbergen, het Centrum voor Onderzoek en Voorlichting
voor de Pluimveehouderij. Het doden van eendagskuikens
-jaarlijks bijna zestig miljoen - wordt zelfs in de pluimveesector
beschouwd als een onaangenaam bijverschijnsel van de intensieve
veeteelt. 'Maar het is voorlopig een aanvaarde zaak, ook
door het publiek'.
Als het erop aankomt, zegt Gerrits, wil de consument toch
het goedkoopste stukje vlees en de goedkoopste eieren.
zonder precies te willen weten hoe dat alles wordt geproduceerd.
De methode waarop de eendagskuikens worden afgemaakt,
is er een voorbeeld van. Meestal gebeurt dat nog door
verstikking met koolzuurgas, maar de Dierenbescherming
en ook het onderzoeksinstituut hebben ernstige bezwaren
tegen deze methode.
Enkele jaren geleden kreeg Het Spelderholt van het ministerie
van Landbouw de opdracht een betere manier te ontwikkelen
om de mannelijke kuikens te doden. Dat 'moet' nu eenmaal
gebeuren omdat de mannetjes geen functie hebben voor de
eierproductie. Als slachthaantie zouden ze maar een kwart
van het vlees produceren van de kippenrassen die voor
de slacht worden gemest. Mannelijke kuikens hebben geen
economische functie en worden daarom gedood.
Onlangs bleek dat de Ethische Commissie van de dierenartsenvereniging
Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD) dit systeem principieel afwijst. Dieren zouden
niet zonder gegronde redenen moeten worden afgemaakt,
vond de commissie. Eigenlijk vindt de Dierenbescherming
dat ook, net als alle organisaties en actieclubs die bezwaar
hebben tegen de intensieve veehouderij.
Maar vooralsnog is de morele en economische werkelijkheid
anders. Dat is reden te zoeken naar betere methoden voor
het afmaken van de dieren. Een bezoek van de Dierenbescherming
aan een aantal pluimveebedrijven bracht enkele jaren geleden
aan het licht dat bij vergassing sommige kuikens te lang
blijven leven. Bijvoorbeeld doordat er zuurstof is achtergebleven
in hun donslaag: doordat ze in te grote hoeveelheden tegelijk
worden vergast of omdat de fles met koolzuurgas toevallig
op is en vervangen moet worden. |
Die betere methode bestaat inmiddels. Maar,
zegt onderzoeker Gerrits, veel gebruik wordt er nog niet
van gemaakt. Het is een doodgewone houtversnipperaar,
ook wel hakselaar genoemd. Een Duitse onderzoeker had
in 1956 de methode in theorie beschreven. 'We hebben ons
georiƫnteerd op de markt, en daarbij bleek het al
bestaande apparaat uitstekend te voldoen'.
De kuikens kunnen levend in de versnipperaar worden gegooid.
'Binnen een seconde is het zzt! en weg'. De betrokken
machine van Duits fabrikaat is een Samix Allesfresser,
en die naam heeft het onderzoeksinstituut maar gewoon
op het apparaat laten staan. 'Hoewel het vreselijk klinkt,
is het echt een betere en snellere methode dan vergassing.
Ook dierenbeschermers die we hier op bezoek hebben gehad,
zijn het daar volledig mee eens'.
Volgens Gerrits is het niet mogelijk het apparaat te 'overladen',
zoals bij de vergassingsmethoden nog wel eens gebeurt.
Alles is in de praktijk uitgeprobeerd. 'We hebben er verschillende
dozen kuikens tegelijk in leeggegooid, maar het bleef
uitstekend functioneren'. Waarschijnlijk dankzij de zware
4-pk-motor, vermoedt de onderzoeker.
Maar nu zijn het de pluimveebedrijven die morele bezwaren
zeggen te hebben. Het apparaat verhult zijn functie niet.
'Je kunt het toch vergelijken met iemand die zijn poedeltje
laat afmaken in een versnipperaar. Zoiets ligt waarschijnlijk
moeilijk'.
Gerrits kent een pluimveehouder in Ierland
die het apparaat heeft besteld. In Nederland is de sector
terughoudend. Dat heeft ook een economische reden. De
pulp die overblijft is in principe nog te gebruiken, maar
er bestaat nog geen goed systeem om het ook daadwerkelijk
toe te passen.
Er zijn proeven gedaan om de pulp om te zetten in honden-
en kattenvoer. Dat product heeft een hoog eiwit- en vetgehalte,
maar bij het drogen worden er pluisjes zichtbaar van het
kuikendons. Dat blijkt de koper van kattenvoer niet te
willen zien. De pulp kan nu alleen nog naar de kadaververwerkende
industrie worden gebracht, waar het wordt ingekookt tot
diermeel dat weer in veevoer wordt verwerkt.
Woordvoerster H. van Veen van de Dierenbescherming, die
ook zitting had in de Ethische Commissie van de KNMvD,
heeft het moeilijk met het onderwerp.
Aan de ene kant
is de methode misschien beter dan de alternatieven, aan
de andere bevestigt het de gruwelijkheid van een systeem
dat de organisatie in principe afwijst. De Ethische Commissie
vond daarom dat gezocht moet worden naar methoden om te
voorkomen dat de mannelijke kuikens worden uitgebroed,
of dat ze toch (op ecologisch' verantwoorde wijze) moeten
worden afgemest en verkocht. Vooral dat laatste zou met de toegenomen belangstelling
voor biologisch-dynamische producten toch mogelijk moeten
zijn, schreef de commissie. Maar broederij-deskundige
Gerrits van het onderzoeksinstituut van het ministerie
gelooft daar weinig van. 'In Italiƫ schijnt het te
gebeuren, op heel beperkte schaal. Maar omdat de kippen
niet voor de slacht zijn bedoeld, kost het twee tot vier
keer zoveel om er een beetje vlezige dieren van te maken.
Ik kan me niet voorstellen dat er veel consumenten zijn
die dat ervoor overhebben'.
Daar komt bij dat voor alle zestig miljoen mannelijke
eendagskuikens die nu nog worden gedood, op de bestaande
markt van rond de tweehonderd miljoen goedkopere kippen
vrijwel zeker geen plek is te vinden. Er bestaan al 'verantwoord'
gemeste kippen en het marktaandeel daarvan is klein.
De ontwikkeling van een nieuw gemengd ras dat eerst eieren
legt en aan het eind van de rit wordt geslacht - zoals
voor de intensieve methode gebruikelijk
was - zou de onderzoeker nog het liefste zijn. 'Ik hoop
echt dat het ervan komt. Maar verwachten doe ik het voorlopig
niet'. |