In godsnaam: Wat bezielt je? De islam en dierethiek
"We waren op reis met de apostel van God, en
hij verliet ons voor enige tijd. Tijdens zijn afwezigheid
zagen we een vogel genaamd hummara met haar twee jongen
en haalden de jongen bij haar weg. De moedervogel vloog
in kringetjes boven ons hoofd, met haar vleugels klapperend
van verdriet, toen de Profeet terugkeerde en zei: Wie
heeft de gevoelens van deze vogel geschaad door haar
jongen bij haar weg te halen? Geef die jongen terug
aan haar". (Rahman bin Abdullah bin Mas'ud. Muslim.) door Titus Rivas.
Dit artikel verscheen in Gezond Idee! nummer 51, kwartaalblad
van de Nederlandse Vereniging voor Veganisme, www.veganisme.org. Voorvechters van dierenrechten zijn terecht geen liefhebbers
van het bloederige fenomeen ritueel slachten. Helaas
wordt dit gegeven echter uitgebuit door racistische
groeperingen als handig argument om moslims zoveel mogelijk
te weren en terug te dringen uit de westerse samenleving.
Moslims zouden niet alleen intolerant staan tegenover
andersdenkenden of seksuele minderheden maar vooral
ook erg wreed zijn ten opzichte van dieren. Nu weten
veel westerlingen hopelijk al dat de islam niet zomaar
samenvalt met fundamentalistisch terrorisme, maar ook
progressieve humanistische en mystieke varianten kent.
Minder bekend is het waarschijnlijk dat er een fundamentele
islamitische traditie van respect voor dieren bestaat.
De islamitische houding tegenover dieren
De laatste en daarmee voornaamste profeet van de Islam,
Mohammed, stond bekend om zijn mededogen ten opzichte
van dieren. Hij zou zelfs grotendeels vegetarisch hebben
geleefd. Dit staat volledig haaks op de karikatuur die
racisten van deze godsdienst geven.
Tijdens de MKZ-crisis werd er een uitzending gewijd
van de Nederlandse Moslim Omroep (NMO) aan het contrast
tussen het schaamteloze reduceren van dieren tot voorwerpen
en de islamitische visie op dieren. Daarin keerde men
zich uitdrukkelijk tegen de bio-industrie en het hedendaagse
agrarische beleid dat leidt tot zulke gruwelen als de
massale 'ruiming' van landbouwhuisdieren. Het is opmerkelijk
dat de NMO zich hier zo expliciet over uitsprak omdat
dit aangeeft dat haar standpunt als het ware automatisch
volgt uit de islamitische traditie. De geïnterviewde
islamitische geestelijken en geleerden waren het erover
eens dat dieren weliswaar gebruikt mochten worden voor
menselijke consumptie, maar dan wel binnen een strikt
kader van respect voor de beleving van het dier. Hun
standpunt leek daarmee in veel opzichten op dat van
de scharrelvlees-beweging. Dit is nou niet direct een
bevestiging van het racistische beeld van moslims als
meedogenloze dierenbeulen. De islam lijkt eerder een
(in morele zin) tamelijk verlichte godsdienst te zijn
die zich bekommert om respect voor dieren en bescherming van dieren tegen onnodige wreedheden.
Voorschriften
De islam wordt door zijn aanhangers gezien als een
universele en rationele godsdienst, die net als het
jodendom en het christendom slechts één God erkent, Allah. De religie bouwt daarbij voort op
genoemde andere monotheïstische godsdiensten en
erkent de leraren daarvan, waaronder Jezus, als profeten.
Daaraan wordt echter de 7e eeuwse Arabische profeet
Mohammed toegevoegd, aan wie de Koran (Al Qur'an), het
onfeilbare woord van Allah, zou zijn geopenbaard. Het
Arabische woord 'islam' betekent onderwerping aan Allah
en het daarvan afgeleide 'moslim' is iemand die zich
aan Allah onderwerpt. De islam kent een aantal overzichtelijke
regels en voorschriften die, als men zich daaraan houdt,
zouden leiden tot een eeuwige toestand van gelukzaligheid
in het hiernamaals. De godsdienst kent daarbij - zoals
de meeste andere - echter allerlei stromingen en er
zijn ook syncretistische mengvormen bekend tussen de
islam en natuurgodsdiensten of andere wereldreligies
die op belangrijke punten van elkaar kunnen verschillen.
Enkele voorschriften binnen de islam betreffen de omgang
en behandeling van dieren. Met sommige diersoorten moet
je bijvoorbeeld niet in aanraking komen, zoals varkens,
omdat ze 'onrein' (haram) zouden zijn. Dit begrip houdt
het midden tussen fysiek onhygiënisch en in spirituele
zin bezoedelend. Andere diersoorten zijn echter wel
rein en als moslim is het geoorloofd om ze te gebruiken voor menselijke doeleinden, waaronder ook consumptie.
Het is dan wel van belang dat de dieren zo min mogelijk
leed wordt toegebracht, een belangrijke voorwaarde voor
de kwalificatie 'halal', vergelijkbaar met het joodse
begrip 'kosjer'.
Dat het een moslim geoorloofd is om halal vlees te eten,
wil binnen de islam helemaal niet zeggen dat je vlees
moet eten. Het staat iedere moslim dus vrij om naar
eigen goeddunken of smaak vegetariër (of veganist)
te worden.
Slachten
Tijdens mijn speurtocht door verschillende websites over
de islam viel het me vooral op dat het slachten van dieren
geen plicht is voor moslims. Zelfs tijdens de pelgrimage
naar Mekka hoeft men geen schaap te offeren. Het slachten
van offerdieren gaat terug tot een pre-islamitische cultische
traditie. De Koran speelt daar op in door de praktijk
te hervormen en aan banden te leggen. Daarmee kreeg het
offeren slechts nog een symbolische betekenis terwijl
het in de 'heidense' traditie fungeerde als een middel
om de goden gunstig te stemmen. Het offer is daarmee een
ritueel waar men ook buiten kan. De islam hecht veel meer
waarde aan persoonlijke opofferingsgezindheid en onderwerping
aan Allah dan aan dit uiterlijke symbool. Daarom is er
pertinent geen sprake van een plicht tot offeren en wordt
men door de islam niet veroordeeld als men er niet toe
overgaat. De meeste moslims die ik zelf heb ontmoet waren
opmerkelijk begri.p.v.ol als ik vertelde erg veel moeite
te hebben met hun traditie van het slachtfeest. Dit is
een ceremonie waarbij men het slachten van een ram door
Ibrahim (Abraham) herdenkt. Daarbij dankt men God door
middel van het offer, en deelt men het offervlees met
behoeftige medemensen. Geen van hen verdedigde deze traditie
als onontkoombare religieuze plicht. Het maakte daarbij
geen verschil of het ging om een soennitische moslim uit
de Maghreb (noord-Afrika), een Iraniër of een aleviet uit Turkije. Het is volgens sommigen goed denkbaar dat
de culturele tradities van het slachten van offerdieren
en het eten van vlees allebei massaal afgeschaft zullen
worden door moderne moslims.
Ritueel slachten komt op zichzelf neer op een methode om dieren zo snel
en pijnloos mogelijk te doden. Daarbij spreekt men de
naam van Allah uit om bewust te blijven van de heiligheid
van het leven en zo onnodige wreedheid, zowel in fysieke
als in mentale zin, te voorkomen. De offerdieren hebben
als het goed is een leven in een natuurlijke omgeving achter de rug.
In de praktijk blijken volgens bepaalde moslimschrijvers
veel slachthuizen die volgens de 'humane' halal-principes
zouden opereren, echter bijna net zo wreed te zijn als
de 'normale', westerse slachthuizen. Daarom pleiten
deze autoriteiten voor een vegetarische of zelfs veganistische
voedingswijze voor moslims die in het westen leven.
Zij noemen naast de condities in slachthuizen ook de
omstandigheden bij levende transporten als niet-halal.
Sommige moslimgeleerden wijzen er overigens op dat
het bij de methode van slachten niet gaat om de specifieke
traditie maar om het principe van zo min mogelijk leed
toebrengen. Als modernere slachtmethoden minder pijn
veroorzaken dan het traditionele rituele slachten moet
een moslim daar volgens hen de voorkeur aan geven.
Barmhartigheid
Bijna alle zogeheten soera's (hoofdstukken) van de Koran
beginnen met de woorden: "Allah is genadig en barmhartig".
De barmhartigheid van God is een belangrijk model voor
zijn volgelingen. Moslims worden geacht alle medemensen,
inclusief niet-moslims, te behandelen als broeders en
zusters. Mohammed zou volgens de populaire overlevering
meermalen ook expliciet wreedheid tegen dieren hebben
verboden en onder meer hebben gezegd: "Een goede
daad verricht ten bate van een beest is net zo goed
als goede daden verrichten ten bate van een medemens;
terwijl een daad van wreedheid jegens een beest net
zo kwalijk is als een daad van wreedheid tegenover een
mens". Een richtlijn van een moslimgeleerde luidt:
"wees vriendelijk voor lastdieren; doe hen geen
kwaad; en belast hen niet met meer dan ze aan kunnen".
De islamitische wetgeving, de Shariah, is erg expliciet
en uitvoerig waar het gaat om de rechten van dieren.
Spektakels waarbij dieren worden gedood om het publiek
te amuseren zoals stierengevechten zijn verboden voor
moslims en het is haram om van het vlees te eten van
dieren die daarbij zijn omgebracht. Ook plezierjacht,
bontproductie en dierproeven voor onnodige producten
zoals cosmetica zijn in strijd met de islam en een moslim
moet altijd op zoek zijn naar alternatieven voor dierproeven.
Het onnodig houden van vogels in kooien wordt gezien
als een groot kwaad, evenals het onnodig verminken of
couperen van lichaamsdelen van dieren. Zelfs schadelijke
dieren zoals gifslangen moeten zo pijnloos mogelijk
onschadelijk worden gemaakt.
Het kwellen en onnodig doden van dieren wordt in zijn
algemeenheid binnen de islamitische traditie gezien
als een grote zonde waarvoor men verantwoording zal
moeten afleggen op de dag des oordeels. Andersom wordt
het beschermen en goed behandelen van dieren ook opgevat
als daden die mee zullen wegen in de beoordeling van
een ziel door God.
Vanuit deze traditie van mededogen of barmhartigheid
zien veel Shiitische moslims en de islamitische mystici,
waaronder de soefi's zoals de 15e eeuwse wijze Kabir,
het vegetarisme als de ideale voedingswijze.
Net als in het christendom en het jodendom staat het moslims vrij om wel of geen vlees te eten.
Er is geen sprake van een plicht om dat wel te doen,
waardoor een islamitische levenswijze in de praktijk
goed verenigbaar kan zijn met vegetarisme of veganisme.
Vanuit deze gedachte zijn er verenigingen van vegetarische
moslims opgericht.